1KM² SOCIALE SEGREGATIE
Marina Simunovic | Cultural diversity
Doordat ik onderzoek deed naar de feiten van een vierkante kilometer kwam ik al snel uit op Dreischor, een ringdorp ter grootte van een een vierkante kilometer. Het is niet zo zeer dat de grote van het dorp mijn aandacht trok, maar hoe het dorp opgebouwd is. Een dorp bestaand uit ringen van bebouwing rondom een centraal punt, bij deze een kerk. In de binnenste kring wonen de 'belangrijkste' personen uit het dorp, en dat zijn meestal pastoren, de oudste bewoners, burgemeester etc.
Hoe verder je naar buiten treedt des te 'minder belangrijk' de personen worden. Tevens is de 'ons kent ons' term binnen zo'n dorp groter doordat deze dorpen gelovig zijn en alle bewoners bij wijze van binnen dezelfde normen en waarden leven.

Het gemeenschapsgevoel binnen zo'n dorp is van grote waarde, dorpsbewoners geven betekenis en vorm aan het lokale gemeenschapsgevoel in hun alledaagse leven. Dit wordt ook wel sociale cohesie genoemd, dat betekent dat de 'kleefkracht' binnen zo'n dorp erg aanwezig is. Deze sociale cohesie bestaat uit gezamenlijke activiteiten, bijvoorbeeld: samen naar de kerk gaan, sportactiviteiten, opknappen van de schoolplein etc. In de stad komt de sociale cohesie onder druk te staan door de multiculturele samenleving en individualisering waardoor het gemeenschapsgevoel afneemt.

Bepaalde culturele groepen zonderen zich af van de rest van de maatschappij wat ook wel sociale segregatie genoemd wordt.
FEITEN
Provincie: Zeeland
Gemeente: Schouwen-Duivenland
Inwoners: 994 inwoners
'Groenste dorp van Europa'
3 december 2014 | Bezoek Dreischor
Binnen 1 dag heb je Dreischor wel gezien. Het was er vrij koud waardoor er niemand op straat was. Ik moest letterlijk bij bewoners aanbellen om verhaal te halen. Dreischor is een dorp waar in de zomer veel te beleven is. Je hebt er twee Bed&Breakfast die in de winterperiode vrijwel leeg zijn.
Opvallend was dat je op elk hoek van de straat een indormatie bord kan vinden, met allerlei informatie over het dorp en omgeving. Het is daar in vergelijking met de stad erg schoon, dus het is niet gek dat het dorp tot de "Groenste stad van Europa" uitgeroepen is.
Het middelpunt van het dorp is de kerk, er ligt een straat rondom de kerk gebouwd in een cirkelvorm. Aan de bomen rondom de kerk hebben ze een aantal oude kluisjes/brievenbussen gebouwd waar de bewoners de hondenpoep kunnen deponeren. Deze hondenpoep wordt weer gebruikt als compost voor de bloemen en planten. Dit initiatief is door de stichting van de kerk opgezet in samenwerking met de bewoners.

Tijdens mijn zoektocht raakte ik aan de praat met Jannie van Uijl, een vrouw die bij de vereniging stichting zit om bepaalde ideeën of problemen vanuit de bewoners gedaan te krijgen. Zij vertelde me dat het dorp voornamelijk uit ouderen en jonge gezinnen bestaat. De jeugd gaat zodra ze oud genoeg zijn de stad opzoeken. Zelf moet ze er niet aan denken om in een stad te wonen: "Een stad kent geen gemeenschapsgevoel". De ouderen zijn moeilijk te been en kunnen zo de boodschappen niet doen. Dreischor heeft geen supermarkt of een lokaal winkel. Vroeger kwam de SRV-wagen langs maar die is door de gemeente afgelast. Zij zorgt er voor dat een aantal vrijwilligers om de beurt boodschappen voor de ouderen doen, of de ouderen mee nemen naar een dorp verderop. Zij is ook degene die bepaalde avonden voor de jeugd organiseert zoals de talenten show.
Vanuit de kerk worden ook allerlei avonden voor de bewoners georganiseerd zoals een gezamenlijke pakjesavond met Sinterklaas, maar ook de zondag school waar kinderen terecht kunnen. Jannie is vaak in de kerk aanwezig waar kinderen terecht kunnen als er niemand thuis is, of de ouders even weg kunnen. De kinderen zijn vrij om spelletjes te spelen of te tekenen.
DREISCHOR
Vanaf 700 werden op de onbedijkte schorren schapen geweid. Rond 1100 werden deze schorren voorzien van een dijk. De naam Dreischor stamt af van de drie schorren: Beldert, Maye en Sirjansland waaruit deze polder oorspronkelijk bestond. Tijdens de Watersnood van 1287 werd Sirjansland van het eiland gescheiden en ontstond het Dijkwater. Dreischor was een eiland, waardoor er twee dammen werden gelegd zodat het werd verbonden met Schouwen.
In de veertiende eeuw werd begonnen met de bouw van de Sint-Adriaanskerk, wat een centrale punt van het dorp is en de kasteel Windenburg, die helaas in 1873 werd afgebroken. Om de kerk lag het kerkhof waar later een gracht omheen werd gegraven. De geschiedenis van Dreischor werd pas rustig na de kerkvorming, en dankzij die rust is er nu nog zoveel uit de vroegere tijden te genieten. In 2001 werd Dreischor uitgeroepen tot de groenste dorp van Europa.
‘Is er sprake van een dorpsidentiteit,
en in welke vorm wordt dit door dorpsbewoners
en lokale organisaties gedragen en geuit?’
‘Een stad
kent geen gemeenschaps
gevoel’
Er is zeker dorpsidentiteit aanwezig en dat is goed te merken. Via de stichting uit het dorp wordt van alles voor de bewoners geregeld, en dit gebeurt onderling zonder grote promotie. Dit zorgt er voor dat het gemeenschapsgevoel binnen zo'n dorp hoog aanwezig is. De kerk en de stichting dienen als een centraal punt, ook al is niet iedereen een kerkganger. Iedereen is betrokken bij gebeurtenissen en maandelijks vinden er evenementen plaats waardoor de bewoners getriggerd worden om meer affiniteit te tonen.
Daarnaast bestaat is er een website waar meerdere dorpen bij aangesloten zijn waaronder Dreischor, om bepaalde zaken op te plaatsen zoals evenementen, plannen voor de omgeving etc.
Tijdens mijn onderzoek ben ik in contact gebleven met Jannie, zij heeft me een aantal foto's van verschillende evenementen doorgestuurd. Daarnaast ben ik in contact gekomen met een aantal ex-bewoners die naar de stad zijn gegaan om te studeren. Zij leken mij een perfect doelgroep om mee te praten en om een aantal vragen te stellen. Via de email heb ik een aantal vragen opgesteld en een korte interview gehouden. Ik kreeg erg positieve reacties terug en verhalen waarvan ik een beter beeld bij Dreischor kreeg.

Deze ex-bewoners zijn allemaal tussen de 20-30 jaar oud, eigenlijk mijn generatie. Ze wilden allemaal weg uit Dreischor om naar een stad te gaan voor hun studie, en opvallend is dat ze geen van alle hun weg hebben gevonden in een stad. Ze gingen vaak terug naar Dreischor omdat ze daar vrienden en familie hebben wonen, maar ook omdat ze de rust en de ruimte misten. Een voor een willen ze een keer terug keren of in de buurt wonen i.v.m met de ruimte die ze hun toekomstige kinderen kunnen bieden.
Na het lezen van hun reacties ben ik me gaan afvragen of ze de stad überhaupt wel een kans hebben gegeven?

Ik kom zelf ook uit een dorp in Brabant en ik ben ook naar Rotterdam verhuisd voor de studie. In het begin mis je alles aan een dorp: de bewoners, saamhorigheid, het feit dat er weinig winkels zijn, de stille zondagen en zelfs de roddels. Ik heb ik verschillende wijken in Rotterdam gewoond, hoe vaker ik verhuisde des te beter de wijken werden, en des te meer ik me op mijn gemak ging voelen in een stad. Als je tegen jezelf blijft zeggen dat een stad te groot is, je een dorp mist etc. dan zul je ook nooit je draai vinden. Ik vind het erg fascinerend om deze verhalen te lezen en achter te komen wat nou dat verschil is. Maar het enige waar ik achter ben gekomen is dat ze vooral de gezelligheid, saamhorigheid en het vertrouwde missen.

Dit is precies de reden geweest waarom ik het gemeenschapsgevoel in een stad terug wil brengen. Misschien is het er al lang, maar heb ik als bewoner er geen benul van omdat het op de achtergrond lijkt te blijven. Hoe kan ik er voor zorgen dat ik even veel saamhorigheid, gezelligheid en vertrouwen in mijn wijk kan ervaren zodat de sociale segregatie een sociale cohesie wordt?
BERGPOLDER
In 1750 bestond het stadsdeel Rotterdam-Noord nog niet. De Bergpolder was toen der tijd nog een doodgewone polder. Tot 1800 begon het Ouden Noorden zich te vormen wat op de grens lag van de bebouwde Rotterdam. Er kwamen plannen om een nieuwe aangelegde spoor op de lijn Rotterdam-Utrecht te bouwen, deze 'verbindingsspoorweg' werd in 1899 geopend.
In 1910 werd een elektrisch spoorweg aangelegd, wat ook wel de Hofpleinlijn genoemd werd. De spoorweg loopt van het Hofplein, Rotterdam naar Den Haag. Dit zorgde er voor dat het stuk door de Bergpolder over de Hofbogen liep.

1930/1935 aangelegd en genoemd naar de gelijknamige polder. Een deel van de woningen werd ontworpen door de architecten D.Dürrer en W. Vermeer. De woningen zijn blokken van halfhoge etagewoningen, bedoeld voor arbeiders en middenstand. Tegenwoordig is deze bebouwing grotendeels behouden gebleven.
De wijk Bergpolder behoort tot een van de veertig Krachtwijken die door minister Vogelaar zijn aangewezen. Dat betekent dat er komende jaren extra geld beschikbaar is gesteld om knelpunten in de wijk op te lossen en knelpunten uit te voeren die het wonen en werken in Bergpolder aantrekkelijker maken.
Het creëren van een veilige omgeving is in de afgelopen jaren meer dan belangrijker geworden, is er een algemene overeenstemming dat de criminaliteit en de angst voor criminaliteit moet worden verminderd. Vooral in een grote stad als Rotterdam, de stad beleid is bezorgd over de sociale onzekerheid. Burgers worden steeds vaker geconfronteerd met criminaliteit en voelen over het algemeen minder veilig dan dorpelingen.
Veel ‘contact’ en veel ‘saamhorigheid’ is goed. ‘Elkaar niet kennen’ is slecht. En de bevolkingssamenstelling is veel bepalend voor iemands welbevinden in de wijk.

Saamhorigheid, gezelligheid, elkaar kennen: het zijn stuk voor stuk kenmerken die men toch vooral zou associëren met een dorp. In die
overzichtelijke ruimte kennen mensen elkaar, is de sociale controle hoog en doen zich – althans, zo is de veronderstelling – minder leefbaarheids- en veiligheidsvraagstukken voor.
Veel stadsbewoners kiezen juist voor een leven in de stad om te ontkomen aan specifieke vormen van contact, ontmoeting en verbinding. Het stadsleven is fundamenteel anders is dan dorpsleven. Het vooral níet hebben van contact, het kunnen vermijden van de buurman, het niet hoeven meedoen aan de buurtbarbecue en het thuis voelen door een afzijdige levensstijl zijn belangrijke kenmerken die het leven in een stad voor veel mensen aantrekkelijk maken – en omgekeerd het leven in een dorp benauwd of beperkend maken. Maar toch lijken meer stadbewoners te smachten naar de persoonlijke contacten onder elkaar. Dat je in een stad woont hoeft niet te betekenen dat je belevingswereld groter is dan die van een dorpeling, omdat een stad qua oppervlakte groter is.
Provincie: Zuid-Holland
Gemeente: Rotterdam Noord
Inwoners: 7830 inwoners
Oudsher 'Bergche polder'
FEITEN
Ik woon nu ruim een jaar in de Bergpolder en ik kan zeggen dat het een fijne buurt is om in te wonen. De wijk ligt redelijk centraal, om de hoek bij de snelweg en aan de lange Schieweg waarmee je binnen 10 minuten in de stad bent. De wijk ziet er netjes uit, er vindt geen criminaliteit plaats (tenminste van wat ik weet) en de bewoners groeten elkaar.
Er wonen veel eenpersoonshuishoudens, studenten en starters van allerlei nationaliteiten. Ik ken mijn buurman links, rechts en beneden en de buren tegenover alleen van het groeten. Mijn wijk is in bezit van een aantal historische monumenten en er leven veel muzikanten en kunstenaars (dit weet ik van het horen). Een bekend historisch gebouw staat centraal gevestigd in de Bergpolder, en dat is de Van Tijen Bergpolderflat.
De Bergpolderflat is een eerste echte galerijflat ter wereld uit 1930, een experiment waarbij er wordt laten zien dat je hoog, compact en op elkaar kan wonen ontworpen door Van Tijen. Geen betonnen klos maar juist een luchtig staal gebouw met bijzonder veel glas. Deze flat beschikt over negen verdiepingen met acht identieke woningen per verdieping, bereikbaar via galerijen. Ook waren er gezamenlijk ruimtes zoals een kinderbewaarplaats, was- en droogruimte en, heel bijzonder: een lift.

Samen met een andere wijk, de Liskwartier bestaat er een website waarbij de focus wordt gelegd op de toekomstplannen van de leefomgeving en bepaalde grote evenementen. In principe zou je het kunnen vergelijken met de website van Dreischor en andere omliggende dorpen.
Omdat ik niet veel over mijn eigen wijk weet en hoe de andere bewoners het leven in Bergpolder ervaren, ben ik op dezelfde manier door mijn wijk gaan rondlopen als dat ik dat bij Dreischor deed. Niet zomaar zonder enig besef wat er om me heen gebeurt van A naar B gaan, maar echt de tijd nemen en rondkijken wat me opvalt.
‘Vindt er dorpsidentiteit plaats in mijn wijk?
en hoe wordt dit gedragen en geuit?’
In de Bergpolderwijk die ik altijd als 'een wijk' zag en verder niks bijzonders, verschuilen vele bijzondere verhalen. Ik heb een middag de tijd genomen om met open ogen door mijn wijk te wandelen en alles te fotograferen wat ik tegen kwam. Het eerste wat me opviel is dat er redelijk veel groen aanwezig is voor een wijk in een stad als Rotterdam. Veel kleine grasveldjes omringd met allerlei speeltuinen en speelplekken. Hier en daar vind je kunstwerken en versiering om de betonnen buurt wat meer vriendelijkheid te geven. Verschillende betonbollen en pilaren zijn beschilderd in verschillende kleuren. Ik geef toe dat het werkt, ten eerste valt het meer op voor de automobilisten en ten tweede zodra ik door een andere wijk loop mis ik de 'kleuren' uit mijn wijk. Het maakt het leven in de stad een stuk minder 'grauw'.
Wat ik het meest bijzonder vind is, dat de bewoners zoveel voor de wijk betekenen. In een aantal straten kun je vogelhuisjes vinden met graanbollen er naast en verschillende kleine tentjes met dekentjes erin voor de zwerfkatten. Hier en daar verspreidt door de wijk kun je informatieborden vinden bij de desbetreffende historische monumenten. Er is zelfs een gratis weggeefkast gebouwd zodat er spullen niet worden weggegooid, maar in de kast worden gedaan en iemand anders er weer profijt van kan hebben.
Er gebeurt veel als je er naar op zoek gaat, alleen blijft het over het algemeen op de achtergrond. Via de buurtwebsite ben ik in contact gekomen met een stichting die zich voor de Bergpolder en de Liskwartierwijken inzet.
Ik ben een bezoek gaan brengen om te kijken of ik eventueel iets voor de wijk kan betekenen en wat er over het algemeen voor de wijken gedaan wordt. via de organisatie heb ik een aantal namen van 'sleutelfiguren' uit mijn wijk gekregen zodat ik ze kan benaderen voor meer informatie. Ook ben ik achtergekomen dat ze om de 3 maanden een buurtkrant bezorgen over de toekomstplannen, maar eigenlijk de bewoners er meer bij willen betrekken.

Via de bevonden elementen merk ik dat er daadwerkelijk een vorm van een 'dorpsidentiteit aanwezig is. Er wordt alles aan gedaan om het beeld van de wijk op te vrolijken en op te knappen door allerlei kunstobjecten en gebruik van kleur. Een wijk wat eigenlijk voor arbeiders werd aangemaakt hoeft niet alleen uit bakstenen en beton te bestaan. Ook al zijn er veel flatgebouwen en appartementen, er is genoeg speelruimte buiten bij allerlei speeltuinen. Grasvelden om te kunnen voetballen maar ook tafels om te tafeltennissen. De Bergpolder is een schone wijk dus de gemeente maar ook zeker de bewoners houden het schoon voor elkaar.
Er bestaat daadwerkelijk een sociale cohesie in een stad maar het moet wel naar de voorgrond gebracht worden, de verhalen moeten verteld worden zodat buurtbewoners elkaar beter leren kennen en meer betrokken raken bij hun wijk en affiniteit naar elkaar toe voelen. Ik ga als een katalysator binnen dit project aan het werk, en ik ga er voor zorgen dat de verhalen gedeeld worden.
‘Als een
katalysator
ga ik er voor zorgen dat de
verhalen
verteld worden’
‘Hoe projecteer ik een dorp naar een stad,
en zitten daar vergelijkingen in?’
Om meer over de bewoners te weten te komen, ben ik nog een keer door mijn wijk rond gaan lopen om verhalen bij de bewoners te halen. Wie zijn mijn buren? en wat voor organisaties bevinden zich in mijn wijk?

Eerst ben ik opnieuw een rondje door mijn wijk gaan maken, en we weggeefkast die voorheen leeg was, was nu opvallend goed gevuld. Van zonnecreme tot aan speelgoed, er lag genoeg om mee te nemen. Om de sfeer van de wijk te proeven ben ik terug naar huis gegaan om een paar oude boeken op te halen en mijn bijdrage aan de weggeefkast te geven.
De snackbar die op de hoek van mijn straat zit was gelukkig open, de stel die de snackbar runt is afkomstig uit China. Altijd aardige mensen die je met een glimlach helpen. Als mijn vriend of ik apart van elkaar snacks halen dan vragen ze altijd: 'Hoe is het met je vliend/vliendin? doe maal de gloetjes' de 'r' blijft een moeilijk letter voor ze.
Dit is toch wel een punt waar de bewoners graag naar toe gaan voor het eten maar ook om een praatje te maken en de roddels uit de wijk te horen. Het is daar nooit te druk, maar en zijn wel minstens 3 personen aanwezig. De inrichting is niet bijzonder mooi, maar het geeft je wel een warm gevoel door de donkere kleuren maar ook door de foto's die hier en daar aan de muren hangen. Allemaal oude foto's van de Bergpolder hoe het in de jaren 50 eruit zag, maar ook oude foto's van de Bergpolderflat. Het symbool van de Bergpolder wijk, en als je goed kijkt dan zie je rechts boven in de foto de Bergpolderflat.
Om meer over de bewoners te weten te komen, ben ik nog een keer door mijn wijk rond gaan lopen om verhalen bij de bewoners te halen. Wie zijn mijn buren? en wat voor organisaties bevinden zich in mijn wijk?

Eerst ben ik opnieuw een rondje door mijn wijk gaan maken, en we weggeefkast die voorheen leeg was, was nu opvallend goed gevuld. Van zonnecreme tot aan speelgoed, er lag genoeg om mee te nemen. Om de sfeer van de wijk te proeven ben ik terug naar huis gegaan om een paar oude boeken op te halen en mijn bijdrage aan de weggeefkast te geven.
De snackbar die op de hoek van mijn straat zit was gelukkig open, de stel die de snackbar runt is afkomstig uit China. Altijd aardige mensen die je met een glimlach helpen. Als mijn vriend of ik apart van elkaar snacks halen dan vragen ze altijd: 'Hoe is het met je vliend/vliendin? doe maal de gloetjes' de 'r' blijft een moeilijk letter voor ze.
Dit is toch wel een punt waar de bewoners graag naar toe gaan voor het eten maar ook om een praatje te maken en de roddels uit de wijk te horen. Het is daar nooit te druk, maar en zijn wel minstens 3 personen aanwezig. De inrichting is niet bijzonder mooi, maar het geeft je wel een warm gevoel door de donkere kleuren maar ook door de foto's die hier en daar aan de muren hangen. Allemaal oude foto's van de Bergpolder hoe het in de jaren 50 eruit zag, maar ook oude foto's van de Bergpolderflat. Het symbool van de Bergpolder wijk, en als je goed kijkt dan zie je rechts boven in de foto de Bergpolderflat.
Hélène Hocque
De flat is in bezit van drie 'winkelruimtes' wat vroeger wasruimtes waren. In een van deze ruimtes zit een sociale stichting gevestigd wat als een centraal punt voor de wijk dient. Bewoners kunnen met allerlei problemen, ideeën of als ontmoetingspunt naar toe.
Hélène Hocque woonde als klein meisje in de buurt van de flat, en woont nu bijna 26 jaar in het monument. Sinds 4,5 jaar heeft ze een sociale stichting, ze werken met maatschappelijk medewerkers, vrijwilligers en stagiaires. Ze zetten zich in voor de kinderen uit de buurt die buiten school om niet alleen thuis kunnen zijn. Maar ook kinderen die niet op school blijven eten maar naar huis gaan. Aangezien er veel van de ouders werken dienen zij als een soort van een overblijfmoeder en dan maken zij soep, nasi etc. Daarnaast richten zij zich ook op ouderen die geen boodschappen kunnen doen of de deur niet uit kunnen, ouderen die moeite hebben met computers, buitenlandse vrouwen die de taal willen leren of willen leren fietsen, bingo avonden etc. Er wordt een bus ingezet vanuit de ouderen stichting, hiermee gaan ze naar het ziekenhuis en naar musea etc. Ze betalen een tien ritten kaart wat per rit 1 euro is.
Ze organiseren ook uitstapjes voor ouders en kinderen, met Koningsdag hadden ze vorig jaar oud-Hollandse spelletjes georganiseerd. Voor 50 cent mochten ze knutselen en gesminkt worden en de knutselwerkjes mochten natuurlijk weer meegnomen worden. Marokkaanse dames leren letters aan bewoners maar ook andersom. Er wonen ook redelijk veel studenten in de wijk en arbeidsongeschikte bewoners, zij kunnen voor hulp bij ze terecht. Ze kunnen gebruik maken van de computers of met de vaste telefoon bellen etc. Karin van Etten is een kunstenares waar Hélène veel mee samenwerkt. Ze organiseren schilderlessen en daarnaast mag ze in de stichting exposeren.
Het is overduidelijk dat Hélène een sleutelfiguur van de Bergpolder wijk is. Ze kan geen problemen oplossen maar ze zet wel hulpverlening in. Zij is de schakel tussen burgers in het algemeen, burgers met problemen en organisaties. zij zorgt voor een veilig leefomgeving en biedt uitsluitend een luisterend oor aan haar buurtbewoners.
Observatie
Interviews
Observatie
Observatie & interviews
Via de buurtstichting kwam ik bij Chris Ripken terecht. Nog nooit over hem gehoord laat staan te weten dat hij het gezicht achter de meeste kunstwerken in mijn wijk is. Aan de Insulindestraat heeft hij een atelier waar ik een paar keer voorbij ben gelopen en me altijd heb afgevraagd van wie het is. Als hij er is dan staan de gordijnen open en dan kun je een glimp opvangen van zijn kunst. Chris Ripken werd 1956 in Rotterdam geboren en is beeldend kunstenaar. Doordat hij regelmatig buurtbewoners betrekt bij het maken van zijn kunstwerken is hij een bekend gezicht in de buurt geworden. Volgens Chris hoort kunst hoort een onderdeel te zijn van de samenleving, en vanuit de overheid als een voorziening behandeld te worden, net als voorzieningen zoals groenvoorziening, doktersposten, brandweer, bibliotheek enz.

Hij is een groot voorstander van kunst in de buitenruimte, om de hardheid van de stad te verzachten. Aangezien hij erg betrokken is in de wijk is het ook niet gek dat mijn wijk uit veel kunst en kleur bestaat.
Het inspireert, zet mensen aan het nadenken en het kan volgens hem een helende werking hebben, het geeft sfeer en wekt gevoelens op, en stimuleert het vrije denken. Kunst streelt de mensen wakker en verrijkt de wereld. Hij ziet kunst in de buitenruimte als vrije informatie, net als versieringen aan huizen zoals bv. glas in lood en ornamenten, het doorbreekt de uniformiteit. Hij vindt dat er een teveel aan info in het straatbeeld te zien is, die onder gedragsregels vallen, zoals de enorme hoeveelheid verkeersborden die waarschijnlijk door hun overvloed vaak hun doel juist missen.

Aangezien hij zeer betrokken bij de maatschappij en samenleving is, vertelt hij dat door het betrekken van bewoners bij het maken van kunst, zij hun wijk meer gaan waarderen. Ze signaleren sneller problemen in de buitenruimte en ze raken meer betrokken bij de wijk en bij elkaar.
Mensen laten nu eenmaal graag hun sporen na, en werken daardoor graag mee aan het maken van de beelden.
Hij heeft goede contacten met zijn buren van het Iskender Pasa cultureel centrum en moskee. Verschillende moskeebezoekers hebben zich in het atelier door hem laten portretteren. Terwijl ze model zitten ontstaan vanzelf gesprekken over o.a. de verschillen in cultuur, en de Moslimgemeenschap t.o.v. de Westerse samenleving. Chris ziet dat het twee verschillende werelden zijn, die niet zullen samensmelten, maar die wel naast elkaar kunnen bestaan in Nederland.

Chris Ripken
Tijdens de interview met Hélène vertelde ze me over de Budget store die bij mij om de hoek gevestigd zit. Vj Chitaroe heeft sinds 1 september 2014 een Budgetwinkel aan de Abraham Kuijperlaan. Het is een dagbesteding wat voor de buurt ideaal blijkt te zijn terwijl zijn winkel dient als een sociaal ontmoetingspunt.
Hij heeft 5 projecten: een dagbesteding wat zijn winkel is, de wasserette, kookgelegenheid, klussendienst voor de buurt en tv-diensten zoals tv programma's bijwonen . Hij werkt samen met Hélène, ze kan goedkoop spullen halen/lenen voor haar organisatie. De bewoners kunnen spullen geven i.p.v. weg gooien zodat hij het weer door kan verkopen. Het is een giftenpunt. Ze knappen de spullen op en verkopen het weer door. Naast spullen kunnen de bewoners ook goedkoop eten halen, ze maken vaak Nasi etc.

Dit alles gebeurt door mond op mond reclame, soms staat er een bord buiten met aankondiging van het eten. Bij openingstijden staan er stoelen buiten, zodat iedereen weet dat ze open zijn. Bij mooi weer zetten ze tafels buiten met allerlei spullen erop om uitnodigend over te komen. De bewoners komen vaak langs voor een kopje koffie of een praatje. De mensen kunnen hun ei kwijt. Er woont een multiculturele samenleving in de wijk wat toch voor een familie gevoel zorgt en dit varieert van studenten tot aan allochtonen.
Van beroeps uit is Vj een maatschappelijk werker. Samen met de buurt organiseert hij voor Koningsdag een buurtdag. Door de straten worden kraampjes georganiseerd waar bewoners eten kunnen verkopen of eigen spullen. Dit doet hij ook samen met Hélène organiseren. Daarnaast is Vj altijd erg creatief geweest, hij maakt van oud speelgoed weer nieuwe creaties. Hij geeft zo nu en dan workshops aan kinderen en ouders zodat ze leren van oude spullen weer nieuwe spullen te maken.
Met Koningsdag is hij van plan om een dagdeel spullen te verkopen, en een ander dagdeel de workshops op straat te geven. Speelgoed en spullen die hij niet verkocht kreeg gebruikt hij om de workshop te geven.

Alles wat hij ooit heeft gedaan, heeft hij als ter ware op 1 plek gestopt, zijn winkel, zijn dagbesteding. Er os zeker een gemeenschapsgevoel aanwezig, mensen leggen 's avonds vaak spullen neer en die worden niet mee genomen door andere. Tegenover zijn winkel wonen veel studenten en die houden het in de gaten voor hem voor calamiteiten. Een keer werd hij 's avonds gebeld dat er een sixpack Fanta voor de deur lag en of ze dat voor hem even binnen moesten halen? Saamhorigheid is hoog aanwezig. Hij probeert vaak plan van aanpak voor mensen die het moeilijk hebben te maken.
Vj Chitaroe
Hélène's stichting Van Tijen Wilskracht Werkt organiseert fietslessen voor bewoners die niet kunnen fietsen en voor ouderen die het fietsen weer willen oppakken. Deze fietslessen worden gegeven in groepen van 8 tot 10 mensen onder begeleiding van vrijwilligers. Er wordt geoefend op fietsen met een lage instap op een rustig pleintje in de buurt. Als ze eenmaal genoeg zelfvertrouwen krijgen wordt er geoefend in het verkeer.
Ze vindt het erg belangrijk dat bewoners zo lang ze kunnen zelf deel nemen aan het verkeer. In Rotterdam ben je overal sneller met de fiets en het is ook nog erg gezond voor je. Veel Marokkaanse en Turkse oude vrouwen hebben nooit leren fietsen. Het maakt het leven een stuk makkelijk als ze dit wel kunnen, zo kunnen ze zelf hun kinderen uit school halen waardoor de kinderen getriggerd worden om te fietsen.
Ze merkt dat de kinderen snel achter de computer plaats nemen om hun tijd te vullen en niet meer zoals vroeger gaan wandelen of fietsen met hun ouders. Ze hoopt dat de allochtonen vrouwen en mannen hierdoor de plezier van het fietsen inzien en dat ze sneller uit fietsen gaan met hun kinderen.
Bijna alle bewoners zijn blij met de wijk. Er vinden veel initiatieven plaats en het beweegt zich voortdurend voort. Bergpolder staat er bekend om als de koudste wijk van Rotterdam in de winter, en als de warmste wijk in de zomer. Dit doordat de bebouwing uit etagewoningen bestaat in hoofdzakelijk gesloten bouwblokken en enkele stroken van drie tot vijf bouwlagen. Doordat er zoveel etagewoningen aanwezig zijn missen de bewoners een stukje tuin waar ze bezig kunnen zijn. Daarom vonden de buurtbewoners rondom het plantsoen aan de Bergselaan het wel eens tijd worden om het verwilderde plantsoen een opknapbeurt te geven. Ze hebben samen met het buurtinitiatief een ontwerp gemaakt. Ze hebben voor een pluktuin gekozen die samen met de buurtbewoners is aangelegd. Nieuw grond werd aangelegd en van oude gebroken stoeptegels en bakstenen werden de plantenbakken gemaakt en er werden hekwerken voor de klimplanten in elkaar gezet. Dit alles om de buurt te verfrissen. Maar ook zodat de bewoners het samen kunnen onderhouden, de meeste bewoners zijn niet in bezit van een tuin. Door dit samen te doen gaan de bewoners meer om hun straat/wijk geven en er is meer interactie met elkaar. De buurtstichting wil dit project in meerdere straten voortzetten, zodat de wijk 'groener' wordt.
De pluktuin
Vergelijkingen
Buurtkrant gericht op bewoners
Een buurtkrant waar de overeenkomende verhalen duidelijk naar voren komen. Gericht op de bewoners om elkaar beter te leren kennen zodat er vertrouwen wordt geschept en meer affiniteit naar de wijk en elkaar toe. Een krant wat tevens laat zien dat er geen verschil is tussen een dorp en een stad, zolang je zelf op zoek gaat naar de saamhorigheid.
Qua ontwerp moet de krant opvallen tussen de andere kranten, ik ga gebruik maken van twee kleuren (duotone) groen als kleur van Rotterdam en Blauw als kleur voor Dreischor. Qua typografie komt er ook een onderscheid tussen de verhalen, een schreef letter voor Dreischor omdat Zeeuwen bekend staan als stugge traditionele mensen. Een schreefloos voor de verhalen van Rotterdam, de bewoners van Rotterdam zijn neutrale mensen, recht voor z'n raap. De afbeeldingen krijgen ook de kleur van de desbetreffende plek.